zaterdag 24 december 2022

Waarom de nieuwe Nederlandse YouTube-serie Ranking McCartney een absolute aanrader is voor liefhebbers van Paul McCartney

Merry Christmas, Beatle People! Tijd voor een nieuwe column! Het was een druk jaar voor me, met het researchen, schrijven en opnemen van het derde seizoen van de podcastserie De Laatste Dagen Van... Jullie weten ongetwijfeld dat we daar in 2020 met het Fab4Cast-team mee startten. De afgelopen twee jaren werkten we er in verschillende teamsamenstellingen aan. Na John Lennon en Freddie Mercury was nu soulzanger Marvin Gaye aan de beurt. Opnieuw een gigantisch project, waar ik als schrijver, podcaster en muziekliefhebber veel van geleerd en enorm van genoten heb. Dit jaar met Fab4Casters Wibo en Michiel. En zeker ook met sounddesigner Alex van der Lugt en voice-overs Hans Schiffers en One'sy Muller. Het heeft m'n muzikale horizon ook weer enorm verbreed. Mocht je zin hebben om te luisteren, dan vind je De Laatste Dagen Van... Marvin Gaye op de site van NPO Radio 5, maar ook op alle grote podcastplatforms als Spotify en Apple Podcasts. En daar kom je natuurlijk ook de eerste twee seizoenen tegen, als je deze Kerst eens lekker wilt gaan zitten voor (of wandelen met) onze series over John Lennon en Freddie Mercury. Bedankt voor alle mooie berichten die ons al bereikt hebben. Fijn dat jullie meeluisteren en mee-ontdekken.

Nieuwe YouTube-serie over Paul McCartney
En voor wie het allemaal nog niet genoeg is.... Er is mooi nieuws voor Nederlandse Beatles- en Paul McCartney-fans, want een paar weken geleden is de geweldige YouTube-serie 'Ranking McCartney' van start gegaan, die met kennis, kunde, liefde en passie gemaakt wordt door McCartney-liefhebber Erik Winkelman. Ik wil het haast een 'must see' noemen voor iedereen die verknocht is aan het rijke solo-oeuvre van Paul McCartney (en Wings). In de serie spreekt Erik steeds met een nieuwe gast over één McCartney-album. Ieder maken ze daarbij een eigen 'ranking' van de nummers, die ze vervolgens vergelijken. Verder zie je tijdens het gesprek verschillende mini-documentaires over de totstandkoming van die ene McCartney- of Wings-plaat, of van hele specifieke onderwerpen die betrekking hebben op dat album. Bijvoorbeeld over Thrillington, woordloze vocalen, Rupert The Bear of de Moog. Meestal met prachtig archiefmateriaal. Regelmatig zie ik beelden die ik zelf nog niet kende. Laten we eerst even kijken hoe Erik de serie onlangs zelf aankondigde: 


Erik is goed op dreef!
Bij het schrijven van deze column staat de teller met Ranking McCartney-afleveringen inmiddels op vijf! Erik is goed op dreef. En dat vind ik bewonderenswaardig, want ik weet inmiddels hoeveel tijd en aandacht er gaat zitten in het maken van content die het lezen, luisteren of kijken waard is. Maar Erik Winkelman pakt het gedegen, creatief en doortastend aan. Zo voerde hij al geanimeerde gesprekken met Michiel Tjepkema (Fab4Cast) over London Town, met Yorick van Norden over Flaming Pie, met Stijn Fens over Tug Of War, met Bertolf over RAM en met Stephanie Struijk over Chaos and Creation In The Backyard (foto). Stuk voor stuk ontzettend leuke afleveringen, boordevol muziek, feitjes en 'persoonlijke liefde' voor het solowerk van McCartney. Ik besloot Erik eens wat meer te vragen over zijn interessante initiatief!

Erik Winkelman en Stephanie Struijk in gesprek over
het McCartney-album Chaos And Creation In The Backyard

Hoi Erik, hoe kwam je op het idee om deze creatieve interviewserie te maken? Is 'ranking' een hot item of wilde je dit al langer doen?
"Met veel plezier kijk ik naar verschillende McCartney-kanalen. Bijvoorbeeld 2Legs van Tom Hunyady en Andy Nicholes, Macca In The Attic van Sam Whiles én de kanalen van Joe Mayo en Andrew Dixon. Of 'ranking' hot is, weet ik niet. Het leek me gewoon een handige kapstok om het interview aan te hangen."


Podcasten is wel hot. Waarom kies jij juist voor video's?
"Het leek me leuk een mix te maken van de programma's die ik zelf volg. Ik wilde dat in een vorm gieten die ik zelf tof zou vinden om te bekijken: met beeld, geluid, interviews, extra informatie, zelf mini-documentaires maken en die weer toevoegen aan de interviews. Ranking McCartney is, denk ik, interessant genoeg zonder beeld, maar de toegevoegde foto's en filmbeelden maken het wel een stuk boeiender, vind ik."

Heb je al veel reactie ontvangen? Misschien wel bijzondere of opvallende?
"Sporadisch wat reacties, maar meer views dan ik verwacht had. Tot nu toe heb ik wel enorm positieve reacties gehad. Kijkers die een podcast verwachten en blij verrast zijn door het vele extra materiaal dat te zien en te horen is in de afleveringen. Ik ging er al een beetje vanuit dat ik niet veel reacties zou krijgen. Zelf reageer ik ook sporadisch op YouTube-video's die ik mooi vind."


Erik Winkelman op 30 oktober 2022 in een Ranking McCartney-sessie
met Jan Cees ter Brugge (rechts) tijdens de Beat Meet in Leiden
(fotografie: Ramón Dorenbos)

Eind oktober was je bij de BeatMeet in Leiden. Tijdens de verzamelaarsbeurs deed je ook enkele Ranking McCartney-sessies met gasten en een livepubliek. Hoe was dat?
"Tof! Grappig om te merken hoe de meningen over bepaalde nummers zo uiteen kunnen lopen. En...hoe snel je met onbekenden in een passievol gesprek over muziek kunt belanden."


Ben je zelf door de Ranking McCartney-interviews ook anders naar bepaalde albums of (niet)favoriete nummers gaan luisteren? 
"Zeker. RAM was niet één van mijn lievelingsalbums. Nu wel. Het ranken was zó moeilijk met deze plaat. Stuk voor stuk zijn het uiterst fijne nummers met een fijne sound. Chaos And Creation daarentegen.... Ik dacht altijd dat ik het een top-album vond, maar nu ik het aandachtig heb beluisterd en een ranking maakte, viel me iets op: dat ik veel nummers van deze plaat helemaal niet zo boeiend vind."



Wat is je doel? Alle McCartney-albums behandelen, of alleen een selectie?
"Ik wil graag alle McCartney-albums behandelen, met uitzondering van bepaalde live- en verzamelalbums. Dat moet ook wel lukken, denk ik. Elke plaat heeft zijn eigen charme en zijn eigen fans."


Wie staat er nog op je verlanglijstje om te interviewen voor een Ranking-aflevering?
"Ik weet dat Robert ten Brink een McCartney-fan is. Lijkt me ook een superaardige vent. Ik heb geprobeerd hem te bereiken. Nog zonder succes. Misschien moet ik maar eens doen alsof ik liefde tekort kom....wie weet reageert 'ie dan.... Andere droomgasten zijn Leo Blokhuis, Rob Stenders, Frits Spits, Simone Walraven en Hans Schiffers. De 'Paul is dood-aflevering' van de Get Back-radioserie heeft destijds grote indruk op me gemaakt. Prachtig!"

Wat maakt de video's zo leuk? Waarom moeten mensen beslist gaan kijken?
"Elke aflevering is een eerbetoon aan één album. Het is erg bijzonder om de gasten zo gepassioneerd en stralend over liedjes te horen vertellen. De liefde voor McCartney spát ervan af! Ook als je geen fan bent, is het nog steeds erg mooi om te zien."

Je vindt Ranking McCartney op YouTube, waar je je ook kunt abonneren op de serie. Bij elke nieuwe aflevering krijg je een seintje. Dat gebeurt ook als je de Ranking McCartney-pagina volgt op Facebook. Van harte aanbevolen! Zeker de kerstaflevering die op 24 december, vanaf 13.00 uur online staat.


zaterdag 10 december 2022

Hoe belandde John Lennon in The Dakota-building en hoe werd hij een onderdeel van die besloten community?

In deze decembermaand zitten we nog éven vast aan de donkere winterdagen met lange avonden. Of korte, het is maar hoe je 't ziet. En juist dat roept bij mij altijd de sfeer op van het Dakota-gebouw in New York. Misschien wel vanwege de associatie met 8 december 1980. Ik weet het niet. Daarom leek het me deze week interessant om eens iets meer te schrijven over de laatste plek waar John woonde.



Een herinnering aan Strawberry Field
Want waarom streken John en Yoko juist daar neer, nadat ze Engeland achter zich hadden gelaten en al enige tijd in New York verbleven? Behalve dat The Dakota een plek was met aanzien, prachtig gelegen aan Central Park, was er vast ook een praktische reden om er te gaan wonen. Het statige appartementencomplex was (en is) niets minder dan een fort, dat de Lennons meer privacy en een beter te beveiligen woonomgeving bood. Ook wordt vaak gefluisterd dat The Dakota John vast aan zijn jeugd in Liverpool moet hebben herinnerd. De dakpartij doet sterk denken aan die van het Strawberry Field-gebouw, gesitueerd in het parkje waar hij zo vaak speelde.

Links: The Dakota, rechts: Strawberry Field

Ongeplaveid, aan de rand van de stad
Ironisch genoeg werd The Dakota gebouwd in 1880, precies een eeuw voordat John er zijn onfortuinlijke lot tegemoet liep. Opdrachtgever voor het statige complex was Edwark Clark. Een vooraanstaand figuur uit de New Yorkse upper class die samen met Isaac Singer betrokken was bij de gelijknamige naaimachine-onderneming. Het idee was om een gebouw neer te zetten aan de rand van Central Park, met appartementen in Franse stijl, waar de rijken hun intrek konden nemen. Maar als we de klok even terugzetten, dan zag het er bijna anderhalve eeuw geleden nog wel wat anders uit in dat gedeelte van New York. Zo lag de grond die Edwark Clark kocht destijds nog aan de rand van de stad. De omgeving was niet bepaald upper class, de openbare omgeving nog ongeplaveid.


Passie voor de trek naar het westen
Clark besloot de Nederlandse architect Henry Hardenbergh in te schakelen om het gebouw voor hem te ontwerpen. Iemand met 'roots' in Overijsselse Hardenberg, zo'n 60 kilometer ten noordoosten van mijn eigen Deventer? Mijn gedachten dwalen direct af. Het is triest dat Edward Clark de oplevering van het enorme bouwproject niet mee mocht maken. Hij overleed in 1882, op zijn zeventigste, aan malaria. Het duurde nog tot 1884 voor The Dakota officieel in gebruik genomen kon worden, in die uithoek aan de Upper West Side. Je kunt het je nu niet meer voorstellen. Clark was trouwens ook verantwoordelijk voor de naam van het gebouw. 'Dakota' was geïnspireerd op zijn passie voor het oorspronkelijke Amerika en de ontginning westwaards die nog volop gaande was.

Historische foto van The Dakota aan de Upper West Side

Rosemary's Baby
Belangstelling voor The Dakota was er volop. Het complex bevatte 65 woonunits die vooraf al verhuurd waren. Kenmerkend was ook de imposante boog bij de entree. Een poort waar bezoekers of koeriers met hun paard en wagen naar binnen konden rijden, richting de zogenaamde Central Courtyard, het binnenterrein. The Dakota kreeg eind jaren zestig al de nodige bekendheid doordat Roman Polanski het gebouw als filmlocatie gebruikte voor het spookachtige Rosemary's Baby. 


The Crying Lady
Die duistere sfeer kleefde blijkbaar al aan The Dakota, want onder bewoners en personeelsleden ging al jaren het verhaal rond over The Crying Lady: de geest van Elise Vesley. Deze dame beheerde het gebouw in de jaren dertig en verloor haar zoon aan een noodlottig ongeval dat voor de deur van The Dakota plaatsvond. Ook Broadway-setdesigner Jo Mielziner stierf in een taxi, onder de grote boog van de entree. Dat gebeurde kort nadat hij de centrale liften opnieuw had gedecoreerd en kort voor zijn 75ste verjaardag. Een conciërge vertelde dat één van de mechanische liften na Mielziners dood uit zichzelf in beweging kwam.

Jo Mielziner ontwierp onder andere de set van A Streetcar
Named Desire en is in één van de shots van
Rosemary's Baby te zien, al werkend in zijn studio.

'The John Lennons'
Ook de komst van John en Yoko in The Dakota had te maken met een sterfgeval. In 1972 verloor acteur Robert Ryan zijn vrouw Jessica. Het echtpaar woonde in appartement 72. Ryan besloot te gaan verhuizen en zo kwam de flat vrij. Dat was precies in de periode waarin John en Yoko een grotere en meer afgeschermde plek zochten om zich permanent in New York te vestigen. Razendsnel huurden ze het appartement en verlieten ze hun plek aan Bank Street. Niet veel later kochten ze suite 72 in The Dakota. Niets menselijks was de medebewoners van The Dakota vreemd. Al snel verspreidde het nieuws zich als een lopend vuurtje dat 'The John Lennons' (zo werden John en Yoko genoemd) hun intrek in het complex hadden genomen. De 'gegoeden' maakten zich zorgen. Of er niet te veel overlast en sociaal onwenselijke situaties zouden ontstaan, door deze twee tegendraadse kunstenaars. Het moest natuurlijk wel een beetje classy blijven allemaal.

Tussen Roberta Flack en Lauren Bacall
Ook was er de angst dat de vermogende Lennons een groot deel van de appartementen zou opkopen. Die angst was overigens niet ongegrond. De expansiedrift van de Lennons was groot. In 1979 bezaten John en Yoko maarliefst 28 ruimtes in The Dakota, voornamelijk voor kantoor- en opslagruimte. Wellicht waren ze tegen die tijd wel wat meer ingeburgerd en geaccepteerd. In ieder geval hadden John en Yoko een goede verstandhouding met hun buurvrouw, die het altijd voor hen opnam. Haar naam? Roberta Flack. En er waren meer beroemde buurvrouwen: Lauren Bacall woonde drie verdiepingen lager.


John en Yoko in hun kantoorruimte in The Dakota


Het nieuwe geld versus het oude
The Dakota bestond uit een doolhof van gangen. Indringers die al voorbij de portier waren gekomen, raakten meestal verstrikt in de ingewikkelde routes in het gebouw. Lukte het enkele Beatlesfans om toch binnen te glippen en bij een willekeurig appartement aan te bellen, dan troffen ze consequent bewoners die hun mond hielden over de plek waar John en Yoko woonden. Dat dan weer wel. Ook al vertegenwoordigden 'The John Lennons' het nieuwe geld in de besloten woongemeenschap en haalde het 'oude geld' daar nog wel eens de neus voor op, elkaar verraden was toch nét een brug te ver. 

Sushi en boeken
Wie overigens wel oprecht blij was met John Lennon als buurman, was componist Leonard Bernstein. Sinds 1975 bewoonde hij met zijn familie een appartement in The Dakota. Hij koesterde een diepe bewondering voor The Beatles. Bernstein en Lennon liepen elkaar tegen het lijf tijdens de zogenaamde Annual Potluck op de Central Courtyard. Vergelijk het met een besloten straatfeestje waarbij elke bewoner iets lekkers meenam. The John Lennons deden daar zeker aan mee, met het uitdelen van sushi én boeken over een organische leefstijl. Tijdens één van die Annual Potlucks besloot Leonard Bernstein een kleine ode aan John te brengen. Samen met zijn familie zong hij een lied dat hij gecomponeerd had op de tekst van Lennons gedicht 'The Moldy Moldy Man'. John vond het geweldig.

John en Yoko met 'Buuf' Roberta Flack

Twee tieners en een glaasje sap
We weten dat Paul McCartney wel eens onaangekondigd voor de deur van Johns appartement stond, maar dat gold in 1979 net zo goed voor twee jonge jongens van amper tien jaar oud. Blijkbaar hadden ze alle obstakels overwonnen en de voordeur gevonden die ze zochten. Toen ze aanbelden, deed John direct open, omdat hij dacht dat Yoko (kort daarvoor vertrokken) haar sleutels vergeten was. Toen hij oog in oog stond met deze twee kinderen, die beleefd vroeg of ze even binnen mochten komen, stemde hij toe. Al snel zaten de jongens met een glaasje sap voor hun neus en mochten ze John vragen wat ze wilden. Toen de kinderen vroegen of ze volgende week terug mochten komen, begeleidde hij hen snel weer naar de voordeur. Net als Paul Goresh, de vriendelijke fan die de laatste jaren regelmatig voor The Dakota postte en af en toe een foto maakte van John, of een handtekening vroeg. De man die ook één van de laatste foto's van John maakte. Deze Paul Goresh wist eind jaren 70, vermomd als VCR-(videorecorder)reparateur in het appartement van John en Yoko binnen te dringen. Het leverde hem een vriendelijke vermaning op.


De kapper, opticiën en drogist
Het moet niet makkelijk geweest zijn om te laveren tussen 'gewoon contact' en het op afstand houden van de buitenwereld, voor een wereldster als John Lennon, realiseer ik me. Hij wilde graag onderdeel van New York zijn, maar werd natuurlijk nooit een gewone New Yorker. Toch was hij vaak te zien in de buurt van The Dakota, waar hij zijn vaste kapper, opticiën en drogist had. Op die laatstgenoemde plek stapte hij zelf binnen om luiers voor Sean te kopen. Ook was John regelmatig bij de West Side YMCA te vinden, aan 63th Street, waar hij Sean leerde zwemmen. Maar als hij een buurtbewoner op straat tegenkwam, legde hij regelmatig langzaam zijn wijsvinger op zijn lippen: "Ja ik ben het, maar dit is ons geheim. Verraad me niet."



zaterdag 19 november 2022

Voor de verzamelaar: Paul Facing 80 wordt misschien wel het kleinste boekje in je Beatlesverzameling

Verzamelaars van bijzondere Beatlesboeken opgelet! Net als de Sinterklazen en Kerstmannen die deze weken op zoek zijn naar leuke cadeautjes. Dit jaar verscheen er in Nederland een bijzonder boekje ter gelegenheid van de tachtigste verjaardag van Paul McCartney. Het is allerminst een reguliere uitgave, want het zeer aantrekkelijk vormgegeven Paul Facing 80 heeft het formaat van een luciferdoosje. Op McCartney's tachtigste geboortedag, 18 juni 2022, presenteerde Eric Coolen bij muziekhandel Alphenaar in Haarlem het eerste exemplaar van zijn kunstwerk aan singer-songwriter en McCartney-kenner Yorick van Norden. Een feestelijk moment waarvan ik getuige mocht zijn.

Yorick van Norden en Eric Coolen


Leporelloboekjes
Eerst even op het concept van de boekjes die MatchBoox op de markt brengt. De naam zegt het al: het fonds van de in 2009 door Emmanuel van Leeuwe opgerichte Nederlandse uitgeverij bestaat uit boekjes die de omvang hebben van een luciferdoosje, een matchbox. De teksten en illustraties krijgen daarbij altijd de vorm van een leporello, een harmonicaboekje dat in meerdere slagen zigzag is gevouwen. De boekjes verschijnen in Nederland, Duitsland en Frankrijk. Sinds dit jaar werkt MatchBoox samen met een vast redactieteam onder leiding van Bob Polak en vaste vormgevers onder leiding van Huug Schipper. 


Johan Cruijff, Remco Campert, Marieke Lucas Rijneveld
Sinds 2009 verzorgde MatchBoox maarliefst 118 prachtige kleine uitgaven. Tenminste, op het moment waarop ik dit schrijf. Het fonds groeit snel. Het op 18 juni gepresenteerde Paul Facing 80 is nummer 110. Het boekje is inmiddels alweer opgevolgd door enkele nieuwe uitgaven. Ik zou zeggen: scroll eens door de lijst, waarin je namen terugvindt als Johan Cruijff, Remco Campert, Marieke Lucas Rijneveld, Marion Bloem en Henny Vrienten. Allemaal stonden ze eens (of meerdere malen) centraal in één van de leporello-boekjes van MatchBoox. Als auteur of als onderwerp van de uitgave.





Favoriete songschrijver
Met Paul Facing 80 portretteerde beeldend kunstenaar en muzikant Eric Coolen (Haarlem, 1965) één van zijn grote helden. Coolen werkte voor MatchBoox eerder samen met Boudewijn de Groot en Stef Bos. Nu richtte hij zich op McCartney, al zat een persoonlijke samenwerking er niet in. Voor de illustrator was het geweldig om aan uitgave rond zijn held te werken. In zijn korte lezing noemde hij McCartney zijn favoriete songschrijver, samen met Brian Wilson, Neil Finn, Tim Christensen en plaatselijke beroemdheid Yorick van Norden. 

De eerste druk van Paul Facing 80


Ook in Engeland en Schotland

Stadsgenoot Yorick van Norden nam dan ook het eerste exemplaar van Paul Facing 80 in ontvangst, in een speciaal voor hem vervaardigde, iets grotere versie van het boekje: even aantrekkelijk om te zien als het reguliere matchbox-formaat. Paul Facing 80 bevat portretten van een jonge Paul McCartney tot de man die we nu op zijn tachtigste kennen. Deze uitgave staat trouwens ook gepland om te verschijnen in Engeland en Schotland, vertelde Coolen. Voor de cover werd hij geïnspireerd door de hoesfoto's van zijn favoriete McCartney-album Flaming Pie. "Toen ik die afbeeldingen zag, wilde ik er direct een hele reeks van maken," aldus de illustrator. "Het idee achter de illustraties is dat Paul zichzelf ouder ziet worden: facing 80."




Beatlesbox
Het proces om de illustraties te maken nam zo'n zes maanden in beslag, vertelde Eric me. "Ik begin met potloodschetsen. Die zet ik om in lijntekeningen. Daarna voeg ik kleur toe." Al eerder maakte hij illustraties van John Lennon en van het Beatlesmonument in Hillegom voor het Haarlems Dagblad. Coolen verzorgt een wekelijkse serie voor de krant. Zijn werk is te vinden in z'n webwinkel. "Het plan is nu om een serie van vier MatchBoox te maken. Van alle Beatles, die samen een geheel vormen." Mening verzamelaar of cadeautjesjager voor de feestdagen zal daar naar uitkijken. Het laatste nieuws is dat die serie ("Facing The Fab 4") er daadwerkelijk aan komt! Houd Eric Instagram of Facebook in de gaten voor deze sympathieke uitgaven.





Paul Facing 80 / Facing Paul kost € 7,00. De eerste druk is inmiddels uitverkocht, maar de vervolgdruk, getiteld Facing Paul, is nog steeds verkrijgbaar. Meer informatie via MatchBoox en www.ericcoolen.nl





zaterdag 5 november 2022

I Want To Tell You: het George Harrison-nummer dat bijna ondersneeuwde op het Revolver-album

Van de drie George Harrison-composities op het Beatlesalbum Revolver is I Want To Tell You misschien wel het nummer dat het meest over het hoofd is gezien. De opener Taxman en het exotische Love You To worden vaker genoemd als voorbeeld van de enorme progressie die Harrison halverwege het bestaan van The Beatles als band doormaakte. Maar ik weet zeker dat I Want To Tell You veel luisteraars van Revolver kan bekoren. Vast ook liefhebbers van de nieuwe box! Daarom leek het me leuk deze week eens wat meer over het nummer op een rij te zetten.

Concert For George
Zelf werd ik me er tijdens het kijken van The Concert For George weer eens van bewust hoe fijn deze Harrison-compositie eigenlijk is. Tijdens het herdenkingsconcert in de Royal Albert Hall, een jaar na het overlijden van George, was het nummer de opening van het zogenaamde 'Westerse' gedeelte van die avond. Na enkele bijdragen van Ravi en Anushka Shankar en een intermezzo van Monthy Python, klonk het bijzondere gitaarintro van I Want To Tell You door de hal. Jeff Lynne verzorgde daarbij de vocalen.

De Revolver-sessies in het voorjaar van 1966


Een sfeer van frustratie
Dat intro, dat bestaand uit enkele triolen, wordt door auteur Simon Leng (While My Guitar Gently Weeps: the music of George Harrison, 2006) vergeleken met een stotterende manier van praten. (The Monkees wisten trouwens een jaar later ook wel raad met die riff, in Pleasant Valley Sunday. Luister maar eens.) Maar volgens Leng ondersteunt dat het thema van het nummer, waarin Harrison het had over de barrières die op kunnen treden bij het betekenisvol willen communiceren. Tenminste, zo schreef George daar zelf over in zijn autobiografie I Me Mine: "The avalanche of thoughts that are so hard to write down or say or transmit." Ook met de dissonantie in de melodie en de eigenzinnige plaatsing van het E7♭9-akkoord (na de zin: "My head is filled with things to say") zocht George naar een manier om zijn frustraties muzikaal te uiten. Lennon zou het akkoord "lenen" voor onder zijn passage "It's driving me mad" in I Want You/She's So Heavy (tot frustratie van George) en zelf zou Harrison in "When We Was Fab" het akkoord ook nog eens uit de kast trekken.

 

Het intro van I Want To Tell You, 
waarin verschillende triolen elkaar opvolgen:
drie noten die gezamenlijk op één tel gespeeld worden.


Oosterse filosofie

Uit het nummer blijkt ook hoe intensief George medio 1966 inmiddels bezig was zijn weg in de Oosterse filosofie te zoeken. Zo zingt hij de passage: "But if I seem to act unkind / It's only me, it's not my mind / That is confusing things" waarin hij het onderscheid maakt tussen zijn gedachten (het ego) en zichzelf. In zijn autobiografie schreef George daar later over, dat hij beide begrippen liever om had gedraaid: "The mind is the thing that hops about telling us to do this and do that – when what we need is to lose (forget) the mind." George speelde het nummer jaren later live, tijdens zijn Japanse tournee in 1991. Daarbij veranderde hij de tekst door "It's not me, it's just my mind" te zingen.

Granny Smith Part Friggin' Two
Nuchterder was de benadering van John Lennon. Die merkte op 2 juni 1966 tijdens de opnamesessies op dat George zijn nummers bijna nooit direct een titel gaf. Dus verzon hij er zelf wel eentje. Hij doopte het nummer Granny Smith Part Friggin’ Two’. Een appel dus. Met die grap refereerde Lennon aan de werktitel van een ander nummer van George: Granny Smith (voor Love You To). Technicus Geoff Emerick deed er nog een schepje bovenop en doopte het liedje tot Laxton Superb, een ander appel-ras. Nog voordat de eerste take was opgenomen, rolden de grappen al door de studio. Achteraf begrijp je misschien wel beter waarom George de kloof voelde ontstaan, tussen zijn eigen beleefwereld en die van de mensen om hem heen.




Mersey Muezzins
Beslist het vermelden waard zijn de (geïmproviseerde?) Oosterse vocalen in het outro van het nummer ("I've got time"), die doen denken aan een hindoestaans gezang, maar ook aan een oproep tot gebed. In zijn uitstekende boek "Can't Buy Me Love: The Beatles, Britain and America" (2007) noemt schrijver en musicus Jonathan Gould de vocalen van Harrison, Lennon en McCartney "a trio of Mersey muezzins". En inderdaad, een muezzin is degene binnen de Islam in de moskee de oproep tot gebed verzorgt. Het laat zien dat The Beatles midden jaren 60 in de voorhoede zaten bij het combineren van oosterse en westerse invloeden in de popmuziek. De individuele bijdrage van George Harrison mag daarin nooit onderschat worden. 


Verder luisteren
Wil je als een fly-on-the wall aanwezig zijn bij de opnames van het Revolver-album? Fab4Cast maakte drie afleveringen over de totstandkoming van de plaat. Beluister deel 1, deel 2 en deel 3 van de Revolver-sessies. Luister je liever via Soundcloud? Dan vind je hier deel 1, deel 2 en deel 3.

zaterdag 22 oktober 2022

Audio archeologisch afpellen en weer in elkaar zetten: de baanbrekende nieuwe Revolver-box van The Beatles

Vanaf 28 oktober zijn ze verkrijgbaar: de nieuwe Revolver-box van The Beatles én een aantal aanverwante losse uitgaven op vinyl en cd. Net als bij de voorgaande releases is dat groot nieuws. Niet alleen voor verzamelaars, maar eigenlijk voor iedereen die nieuwsgierig is naar verloren gewaande of zelfs onbekende schatten uit de kluizen van het Apple-imperium. Los van die ontdekkingen, is het interessant om te kijken naar wat de nieuwe mix van het reguliere album brengt. Smaken mogen verschillen, maar bij deze Revolver-remix hebben we in technisch opzicht te maken met een enorme sprong voorwaarts, die het bij toekomstige remixen mogelijk gaat maken juist een enorme sprong terug in de tijd te maken. Intrigerend!




Audiosporen uit elkaar trekken
Wat is namelijk het geval? Dit is de eerste remix van een Beatlesalbum waarbij de revolutionaire software van regisseur Peter Jackson gebruikt kon worden. En dat maakte voor Giles Martin, in het voetspoor van zijn vader, een baanbrekende aanpak mogelijk. Voor het eerst was Giles in staat om de gecombineerde instrumenten (drums, bas, gitaren en eventuele andere instrumenten) van de backingtrack, destijds verzameld op één vaststaand spoor, qua audio uit elkaar te trekken. Natuurlijk waren er de afgelopen jaren methoden om instrumenten te isoleren, maar met de software van Peter Jackson kan dat nu zonder kwaliteitverlies en tot op de spreekwoordelijke draad van de deken. Zoals kunsthistorici een oude Rembrandt optisch laag voor laag kunnen afpellen, om de afzonderlijke schetsen van het schilderij te bekijken.

Giles Martin kan nu, net als zijn vader destijds,
opnieuw grenzen verleggen.


Archeologisch afpellen
Peter Jackson, die wel wat Nieuw-Zeelandse dollars te spenderen had tijdens zijn Get Back-project, liet de audio-software ontwikkelen door 's werelds knapste koppen. Voor de Get Back-documentaire wilde hij namelijk de audio van de filmtapes uit de Twickenham- en Apple Studio's archeologisch af kunnen pellen. Met slimme software, die enorme rekencapaciteit moet vragen, werd het mogelijk om bijvoorbeeld een gesprek tussen Paul McCartney en George Harrison te verstaanbaar te krijgen, dat op de oorspronkelijke opname overstemd werd door het gitaarspel van John Lennon, met z'n versterker op tien. Het zorgde ervoor dat Get Back ons niet alleen dingen liet zien, maar ook horen, die we nooit voor mogelijk hadden gehouden.




Demixen tot op het bass-pedaal
Nu het Revolver-album aan een remix en box-set toe was, besloot Jackson om zijn unieke software beschikbaar te stellen om de tot nu toe onscheidbare audio op de basistracks ook uit elkaar te laten halen. Tijdens de luistersessie, die ik vorige week onder andere met de heren van Fab4Cast in de Wisseloord Studio's mocht bijwonen, lichtte Apple/Universal-man Guy Hayden dat toe met enkele mooie voorbeelden. Zo hoorden we hoe Giles Martin een demix (wat een mooi woord) maakte van Taxman. Daarbij kleedde hij zelfs Ringo's drumpartij compleet uit. We hoorden de geïsoleerde hi hat, snare en bass-drum. En, in het laatste geval, zelfs zijn pedaal licht kraken. Ook hoorden we John, Paul en George steeds met hun vingers de maat knippen tijdens het inzingen van de wonderschone achtergrondzang van Here, There and Everywhere. Dichter bij de oorspronkelijke opname kom je niet. Het is op z'n zachtst gezegd spectaculair te noemen.



Meer klankkleur en dynamiek
Met al die nieuwe, losse elementen bouwde Giles Martin het album Revolver opnieuw op. Wel met het vertrouwde geluidsbeeld. Het was immers niet de bedoeling om de geschiedenis te herschrijven, maar vooral om hem te laten klinken zoals The Beatles daadwerkelijk klonken tijdens de opnames. "Voor The Beatles was het enorm belangrijk hoe hun muziek uiteindelijk op de plaat klonk",  hoorden we Giles in een video toelichten. "Met deze nieuwe techniek kunnen we dichterbij die realiteit komen." En dus horen we de blazers in Got To To Get You Into My Life in het midden. Niet als een "brij van koper", maar met meer nuances in de klankkleur en dynamiek (hard/zacht) van de afzonderlijke instrumenten. Op een manier zoals het nummer op het album had kunnen klinken, als er in 1966 meer beschikbaar was geweest dan die vier sporen waarmee The Beatles het moesten doen.


Yellow Submarine als Ierse folkballad
Kijkend naar de extra's die de nieuwe box gaat bieden, wil ik er twee uitlichten. We horen straks Eleanor Rigby, waarbij Paul McCartney (zittend in de control room van Studio Two) communiceert met George Martin die op de studiovloer bij het strijk-octet staat, vlak voor de musici hun partij inzetten. Die onbekende geluidssnipper mochten we vorige week helaas nog niet horen, maar hij staat straks wel op de box. Een ander onbekende schat klonk wél door de ruimte. We moesten onze smartphones uitschakelen, omdat het absoluut verboden was alvast opnames te maken. Fascinerend was het om John Lennons demo van Yellow Submarine te horen. Een opname die door Yoko en Sean uit hun privé-archief werd aangeleverd. Geen kinderliedje, maar een Ierse folkballad, met de existentiële bespiegeling "In the place where I was born, no one cared, no one cared". Lennon in 1966, vermoedelijk in z'n huis in Weybridge, nadenkend over z'n bestaan. Dit is één van de grootste openbaringen van de nieuwe box. Net als de prachtige kale, puntige versie van Got To Get You Into My Life. Zonder strijkers, maar met extra koortjes én de gitaarriff die z'n plek kreeg in Paperback Writer. Smullen is het. En het blijft een spannende gedachte wat er nog meer in de archieven ligt.




Voorhoede
De Revolver-box zal voor een deel ook materiaal bevatten dat eerder verscheen, zoals op Beatles Anthology. In dit project is een keuze gemaakt voor tracks (demo's, outtakes en eindversies) die gezamenlijk inzicht geven in het totstandkomingsproces van het destijds als baanbrekende album. Enkele herhalingen mogen dan, in deze nieuwe archive release, niet ontbreken, for the sake of history. De box dient dan ook een ander doel dan de soundtrack-albums van de gevierde Anthology-documentaire uit de jaren '90. Ik denk dat we met die blik naar deze nieuwe release moeten kijken. Ook mogen we hoopvol onze blik op de toekomst richten, als de back catalog van The Beatles met deze nieuwe software-techniek van Peter Jackson verder ontleed kan worden. Wat te denken van het ontleden en remixen van de Starclub Tapes van The Beatles? Kunnen we dan eindelijk horen hoe ze écht geklonken hebben in Hamburg? Om maar te zwijgen van wat er straks met andere heruitgaven uit de muziekgeschiedenis mogelijk is. Dat is de sprong naar het verleden die we met deze baanbrekende software kunnen maken. Dient zich tenslotte nog één vraag aan: hoe lang zal deze techniek exclusief beschikbaar blijven voor de Beatles-catalogus? Hoe dan ook, opnieuw zitten The Beatles -56 jaar na dato- met Revolver in de voorhoede van wat technisch mogelijk is met muziek. Ongelofelijk eigenlijk.


Verder luisteren

> Op zaterdag 22 oktober schuif ik rond 10.40 uur aan bij het NPO Radio 1-programma Nieuwsweekend om over deze heruitgave te praten. Wanneer de link achteraf beschikbaar is, zal ik 'm hier delen. 

> Beluister ook de speciale Fab4Cast-aflevering over de luistersessie die we opnamen in de Wisseloord Studio, samen met Ron Bulters van Beatlesfanclub.nl


zaterdag 8 oktober 2022

Wat deden The Beatles toen hun eerste single Love Me Do werd uitgebracht?

Als we de klok dit weekend 60 jaar terugzetten, belanden we in de eerste week van oktober 1962. Een ontzettend spannende periode voor The Beatles, want op vrijdag 5 oktober verscheen bij Parlophone hun debuutsingle Love Me Do/P.S. I Love You. De weg naar de "toppermost of the poppermost," om met John Lennon te spreken, was ingeslagen, maar ze waren er nog niet... Toch was het een tijd vol verwachting, waarin The Fab Four steeds zichtbaarder werden. Ik vroeg me af hoe die eerste week van oktober er voor de jongens uitzag. 

De regionale tuinbouwvereniging
Nog steeds waren The Beatles vrijwel dagelijks in The Cavern Club te vinden, waar ze optreden na optreden verzorgden. Meestal ging het ene dag om een lunchconcert en de volgende dag een avondoptreden. Zo ging dat. Om en om. Op zaterdag 6 oktober, daags na de release van hun single, doken de jongens voor een signeersessie even op in Dawson's Music Shop in het plaatsje Widnes, zo'n 25 kilometer ten zuidoosten van Liverpool. Daarna wachtte er een optreden in Hulme Hall in Port Sunglight, op Birkenhead aan de overkant van de Mersey. Het optreden was voor de regionale tuinbouwvereniging. Je moet wat, op weg naar de top. Al lonkte het succes een beetje, het maakt duidelijk dat The Beatles in oktober 1962 ook nog behoorlijk met de voeten in de plaatselijke klei stonden.


The Friday Spectacular
Na een volgende avondshow in The Cavern, op zondag de 7e, moest de band zich die maandag in Londen melden. Daarom was het niet mogelijk om het gebruikelijke lunchconcert aan Mathew Street te verzorgen. Het was een belangrijke dag, want The Beatles zouden hun debuutoptreden op Radio Luxembourg gaan voorbereiden. De invloedrijke zender, die met uitzendingen via de korte en middengolf het Britse publiek voorzag van de laatste hits, werd door Britse platenmaatschappijen regelmatig ingezet om de nieuwste releases te promoten. Daar stond dan een vergoeding tegenover. Eén van de shows waar EMI geld voor neerlegde, was The Friday Spectacular. Een show die eerder in de week werd opgenomen. En zo meldden The Beatles zich op maandag 8 oktober bij EMI House aan Manchester Square in Londen.

The Beatles met muziekuitgever Dick James en
producer George Martin bij EMI House
aan Manchester Square

"Beatles? What's that supposed to be?"
Dat was een plek waar, volgens producer George Martin, de naam van The Beatles in die periode nog niet veel positieve reacties bij het personeel losmaakte. Wanneer hij met collega's over zijn nieuwe bandje sprak, werd de bandnaam regelmatig met een bulderlach beantwoord. Men vond het maar een rare naam, The Beatles. Er waren zelfs collega's die dachten dat George hem had verzonnen. Dat het één van de grappen uit zijn Goon Show was, die hij ook produceerde. Dat kon toch niet waar zijn, een band die The Beatles heette? En dus had men er een hard hoofd in of het lukte om de nieuwe single Love Me Do, waarin weinigen geloofden, airplay te laten krijgen in bekende BBC-radioprogramma's als Saturday Club of Easy Beat. EMI-plugger Alma Warren kreeg de single niet voor het voor voetlicht. De reactie van de BBC was: "Beatles? What's that supposed to be?"

Advertentie voor het wekelijkse 
radioprogramma bij Radio Luxembourg


Radio Luxembourg

De enige manier om Love Me Do richting de oren van een groot aantal luisteraars te krijgen, was dus via Radio Luxembourg, dat sinds 1933 in de avonduren in Engeland en op het Europese continent te ontvangen was. Dat plan bracht The Beatles op maandag 8 oktober bij EMI House in Londen. De locatie beschikte op de begane grond over een kleine studio, waar zich een publiek van honderd jongeren verzameld had. Hun rol was vooral om de uitzending een live-gevoel mee te geven, met geklap en gejoel. Gek genoeg speelden bands, zo ook The Beatles, juist niet live. Wel werden ze geïnterviewd. Vervolgens draaide de zender de officiële release, die gevolgd werd door het applaus van de aanwezigen. Zo zou deze sessie op vrijdag 12 oktober, tussen tien en elf uur in de avond zijn weg vinden naar de vele jonge luisteraars van de zender. Ongetwijfeld liggend in bed, met hun oor tegen de speaker. Zowel Love Me Do als P.S I Love You waren onderdeel van de show.


Een rondje Londen
Maar zover was het nog niet. De volgende dag, op Johns 22ste verjaardag, ging eerst het werk in Londen door. The Fab Four maakten een rondje langs diverse freelance muziekjournalisten en de wekelijkse muziektijdschriften, om Love Me Do volop te promoten. Ergens die dag moesten ze de grote stad weer achter zich laten, want een dag later wachtten de vaste fans weer op hen in The Cavern. Voor een lunchconcert én een avondoptreden. The Beatles moesten hun afwezigheid even stevig inhalen. Ondertussen was de band zelf in gespannen afwachting van de radio-uitzending, aankomende vrijdagavond bij Radio Luxemburg. 

George met zijn vader Harry

"The best buzz of all time"
George Harrison had zijn ouders Harry en Louise verteld dat ze in de uitzending zouden zitten. Zelf moest hij optreden, dus kon hij het programma waarschijnlijk net niet beluisteren in de late avond. En zo zaten zijn ouders gespannen voor de radio. Urenlang, omdat ze niet precies wisten wanneer het programma zou starten. Vader Harry had de volgende dag een vroege dienst, op de bus. Op een gegeven moment besloot hij naar bed te gaan. Moeder Louise bleef bij de radio en wachtte daar op de thuiskomst van George. Die kwam laat in de avond binnenrennen, met de uitroep: "We zijn op de radio, we zijn op de radio!" Terwijl Harry vanuit zijn bed vroeg of het iets rustiger kon, moeten moeder en zoon Harrison in alle staten geweest zijn. George zou zich het moment later nog herinneren als "the best buzz of all time." Het was een spannende tijd. Er hing verandering in de lucht.


Verder luisteren:
Aan de allereerste single van The Beatles - Love Me Do/P.S. I Love You - gaat een fascinerend verhaal vooraf. Fab4Cast dook de archieven in, ontkracht een aantal hardnekkige mythes en bespreekt de opnamesessies uit de zomer van 1962.

zaterdag 24 september 2022

Als muren konden zingen: Mary McCartney komt met documentaire over de Abbey Road Studio's

Als er één plek ter wereld is, waar ik het liefst een 'fly on the wall' was geweest, dan had ik gekozen voor de Abbey Road Studio's. Natuurlijk op de eerste plaats omdat ik er in de sixties The Beatles aan het werk had kunnen zien. Bijvoorbeeld bij het maken van Revolver, het album dat dit najaar in een spectaculaire box, opnieuw gemixed, uitgebracht wordt. Maar ook had ik de afgelopen decennia best mee willen maken hoe andere artiesten in de Abbey Road Studio's hun platen opnamen. Tot Yorick van Norden aan toe, die er afgelopen maand eindelijk zijn album mocht opnemen. Een project van de Haarlemse singer-songwriter en Beatleskenner dat door corona de afgelopen jaren enige vertraging had opgelopen. De studio's blijven een magische plek en inspiratiebron voor velen. En als de muren daadwerkelijk konden zingen wat dáár allemaal voor moois bedacht en opgenomen is, dan waren we één en al oor.

Zoveel voetstappen
Dat moet ook Mary McCartney gedacht hebben. Pauls dochter werd zelf geboren in de maand waarin The Beatles hun legendarische zebra-cover van het Abbey Road-album schoten. Ze is hoeder van het fotoarchief van de McCartney-familie en werkte de afgelopen tijd aan een documentaire over de studio's waar haar vader zoveel voetstappen heeft staan. Inderdaad, met de toepasselijke naam 'If These Walls Could Sing.' Net als het bejubelde Get Back-project van Peter Jackson, zal Mary's documentaire z'n weg vinden naar streamingsdienst Disney Plus. Misschien moet ik dan toch maar eens een abonnement nemen. Om Get Back terug te zien én om te zien hoe Mary het verhaal van de studio's in beeld heeft gebracht. Dat is haar trouwens wel toevertrouwd. Net als moeder Linda, ontwikkelde Mary zich tot een begenadigd fotograaf.



91 jaar geschiedenis
Je zou kunnen zeggen dat Mary praktisch opgroeide in de Abbey Road Studio's. Haar vroegste herinneringen dateren van de jaren '70, toen haar vader ook na het uiteengaan van The Beatles nog vaak in de studio's te vinden was. Paul McCartney liet Abbey Road nooit meer los. Mary leek daarom de uitgelezen kandidaat om deze nieuwe documentaire vorm te geven. Niet alleen om het werk van haar vader te belichten, maar ook om de verhalen te vertellen van vele andere musici die gebruik maakten van de studio's. Van Jimmy Page tot Kate Bush, van Shirley Bassey tot Noel Gallagher en van Pink Floyd tot Elton John. Het is mooi om de plek van The Beatles in de context van dat grote Abbey Road-verhaal te zien. De studio's kennen inmiddels een geschiedenis van 91 jaar, nadat Edgar Elgar er op 12 november 1931 voor het eerst een orkest dirigeerde. Ook daarvóór bestonden de oudste delen van de stadsvilla al (meer daarover lees je hier). Uit de documentaire blijkt hoe terughoudend men in de studio's is om iets te veranderen aan de muren en vloeren, uit angst voor het verliezen van de akoestiek in de ruimtes. Een interessant gegeven, vind ik. Hoe koester je je erfgoedfunctie en hoe blijf je ook bij de tijd, als moderne opnamestudio? Het zoeken naar die balans is het lot van de mensen die de studio's runnen.

 


Een plek die gaat over emoties
Overigens: met zo'n lange geschiedenis lijkt voor zo'n nieuwe documentaire een doorwrochte, chronologische aanpak een logische keus. Toch koos Mary McCartney een andere invalshoek. “I want to make it an emotional experience as a documentary, rather than doing all the historical points. I didn't want it to feel like a lesson," vertelde ze onlangs in een artikel dat in Vanity Fair verscheen. Het lijkt me een passende benadering om het verhaal van Abbey Road te vertellen. Het is bij uitstek een plek die gaat over emoties. Van de artiesten die er op auditie kwamen, enorme creatieve processen doormaakten en die er lief en leed doormaakten. Niet in de laatste plaats van The Beatles zelf. Abbey Road is ook nu nog een plek die veel doet met mensen. Dat hoeft niemand uit te leggen. Dus verheug ik me op die documentaire.



Met pony Jet over de zebra
Voor 'If These Walls Could Sing' raakte Mary zelf geïnspireerd door een foto uit 1977. Van haar ouders, die met hun pony Jet het beroemde zebrapad overstaken, op weg naar de studio. Een ongewoon gezicht, op een reguliere dag in downtown Londen. Maar de McCartney's waren soms ook een wat ongewone familie. En zo kon het voorkomen dat ze gewoon een pony mee op pad namen, vanuit de gezinswoning aan Cavendish Avenue, dicht bij Abbey Road (en nog steeds in het bezit van Paul McCartney). Mary over de liefde voor paarden van Linda: "We had horses, not in London, but she would get to have them visit for the day from the livery stable. And I remember her taking this horse, Jet, as they were crossing and seeing that picture and just thinking, "Oh my God. I mean, obviously I have to do this documentary." 



Jet liep daadwerkelijk de studio in

Hoewel de documentaire dus veel meer verhalen vertelt dan over Paul McCartney's muzikale voetstappen in Abbey Road, kunnen we Paul al even aan het woord horen. Over pony Jet, die de studio inliep en over wat Abbey Road nog steeds voor hem als plek betekent:



Boek
Wanneer de documentaire op Disney Plus verschijnt is mij, bij het schrijven van deze column, nog niet bekend. Maar de aankondigingen zijn vermoedelijk niet te missen. Bovendien komt er ook nog eens een prachtig boek uit, waarin de hele geschiedenis van Abbey Road op een rij is gezet. Geschreven door David Hepworth, met een voorwoord van Paul McCartney. Het is maar goed dat er weer veel lange, donkere winteravonden aankomen, om van al dit moois te gaan genieten!



PS: hebben jullie gezien dat ook deel 2 is verschenen van de Fab4Cast-reportage van de McCartney 80-concerten? Prachtig luistervoer, met veel akoestische pareltjes uit het oeuvre van McCartney. Onder andere gespeeld door Bertolf.

zaterdag 10 september 2022

De glorieuze week van Paul McCartney's 80ste verjaardag: terugblik op de verjaardagsconcerten en Glastonbury

Hallo beste, aardige en trouwe lezers. De zomer zit er op en BeatlesTalk is weer terug met nieuwe verhalen. Ik hoop dat jullie een fijne zomer hadden én dat we allemaal een beetje zijn bekomen van de gebeurtenissen rond Paul McCartney's 80ste verjaardig, die half juni zo mooi gevierd is. Eerst was er op 18 juni het concert in Het Patronaat in Haarlem, daarna de reeks van vier concerten met Strange Brew in Enschede, Amsterdam, Eindhoven en Rotterdam en....toen stond Macca zelf op 25 juni nog eens voor 175.000 man publiek te spelen op Glastonbury. Wat een roller coaster was het afgelopen juni.


Verjaardagsconcerten
Zijn jullie bij één van de verjaardagsconcerten voor McCartney geweest? Ik was er bij in Haarlem op 18 juni en in Enschede op de 21ste. Twee mooie avonden, elk heel verschillend van sfeer en karakter, maar even oprecht ingestoken waar het ging om de liefde voor de muziek van Paul McCartney. Het concert in Haarlem lag al in juni 2020 op de tekentafel. Initiatiefnemers Neil Russel, Alain Timmers en Martin van Rooden kwamen tot een shortlist van twintig McCartney-songs en stelden een band met muzikanten en solisten samen, die een originele fijnproeverslijst van het werk van McCartney zou gaan spelen. Precies op Pauls 80ste verjaardag. 

Impressie van het McCartney 80-concert in Haarlem (foto: Ramón Dorenbos)


Soms wat onevenwichtig, maar wel enthousiast
Met Jan van der Meij, Leon Klaasse en Merijn van Haaren (allen verbonden aan The Analagoues) -én niet te vergeten Yorick van Norden- stond er al een mooie basis aan McCartney-vertolkers op het podium. Maar ook Sandra van Nieuwland, Frank Kraaijeveld, Jaco van der Steen en Coen Bardelmeijer zorgden als solisten voor een afwisselend geluid in de vertolkingen van veel originele keuzes uit het repertoire van McCartney. De setlist leunde op een rode draad van alom geliefde (en sterke) albums, consequent uit Macca's solorepertoire. Originele keuzes vormden Every Night, Junk (prachtig gezongen door de Ierse Emma Murdoch, wat mij betreft het hoogtepunt van de avond), via Ram On, Uncle Albert/Admiral Halsey en Little Lamb/Dragonfly naar het stadiongevoel met Venus and Mars, Rock Show en Jet. Een avond die soms wat onevenwichtig was in de uitvoering van de complexe nummers, maar waar de goede intenties en de liefde voor McCartney van afspatte. Kon je er niet bij zijn, dan vind je het misschien nog leuk om de videoregistratie terug te kijken!



Yorick van Norden als linking pin
Amper bekomen van dit verjaardagsfeestje meldde ik me op 21 juni in het Wilmink Theater in Enschede, waar de aftrap plaatsvond van een nieuwe reeks van vier McCartney 80-concerten. Een hele andere show, een andere band, hoewel Yorick van Norden (tevens muzikaal coördinator van de avonden) de linking pin met Haarlem was. Op dit podium troffen we naast Yorick nog meer artiesten met een groot McCartney-hart, onder wie Bertolf Lentink, Roel van Velzen, Stephanie Struijk, Anne Soldaat, Lucas Hamming, Pablo van de Poel en Bas van Holt. En dan vergeet ik nog trompettist Eric Vloeimans en de uitstekende begeleidingsband, inclusief drie strijkers en Analogues-hoornist Allard Robert.

Concertgebouw: Stephanie Struijk en Bertolf (foto: Ramón Dorenbos)


Een volledig arrangement op één gitaar
De Strange Brew-concerten richtten zich op het totale repertoire van McCartney, dus kregen we als publiek een soort tig-gangendiner in een vijfsterren-restaurant voorgeschoteld. Een avond van louter hoogtepunten, met opnieuw een aantal zeer originele keuzes uit het werk van McCartney. De tweestemmige zang van Bertolf en Roel van Velzen bij My Brave Face, nog even voortgezet in een werkelijk adembenemende uitvoering van She's Leaving Home, waarbij Bertolf het volledige arrangement op één gitaar wist te vangen. En zo belandden we in de Champions League van de McCartney-tributes.


Kennis, liefde en virtuositeit
Andere hoogtepunten van deze vier avonden waren zeker de ronkende uitvoering van Listen To What The Man Said. Op Wings over America horen we McCartney "Take it away, Thaddeus" roepen, naar Thaddeus Richard, die een spetterende sopraansax-solo inzet. Dat werd nu "Take it away, Eric", waarna Eric Vloeimans op trompet de spotlights kreeg. Het waren ook die kleine grapjes en verwijzingen naar het verleden waaruit bleek dat de bandleden het oude werk van McCartney van haver tot gort kenden, de muziek als het ware ademden. En dat was ook de kracht van deze concertreeks. De kennis, de liefde, de virtuositeit. Natuurlijk werd het ook feest, met knallers als Hey Jude en Rock Show, maar de hoogtepunten zaten 'm in de ballads: het kwetsbaar gezongen Little Willow (Paul Bond) en de prachtige duetten die Stephanie Struijk zong met Bertolf (Martha My Dear), Van Velzen (Beautful Night). Even indringend en van grote schoonheid als haar uitvoering van Calico Skies, begeleid door het kwartet dat bestond uit drie violen en een hoorn. Ook hier is een speciale vermelding op zijn plaats voor muzikaal coördinator Yorick van Norden, die ook achter de schermen een grote rol speelde bij de totstandkoming van deze avonden. Beluister de reportage die Fab4Cast over deze avonden maakte.

 


Een koor van stemmen
De Grote McCartney sloot zijn feestweek zelf af op Glastonbury, waar hij als oudste headliner ooit op zaterdagavond 25 juni aantrad op de Main Stage. Tachtig jaar, maar nog stevig op zijn benen. De bekende twinkeling in zijn ogen, plezier makend met zijn band en zijn publiek. Zijn uitstraling wordt steeds zachter, natuurlijk is de stem broos, maar daar gaat het inmiddels helemaal niet meer over. Bij Paul McCartney gaat het om wat hij het publiek nog wil bieden, met alles dat hij nog in zich heeft. En bovendien wat het publiek hém nog wil teruggeven. Uitzinnigheid, verstilling, een koor van stemmen, dat hem droeg in Blackbird, Hey Jude en Let It Be. Op Twitter vatte Bertolf het na afloop treffend samen: "God is best wel genadig dat we Paul McCartney nog even mogen hebben." Daarmee is alles gezegd. Amen.

(foto: Ramón Dorenbos)



zaterdag 18 juni 2022

Een ode aan de Grote Paul McCartney, bij zijn tachtigste verjaardag

Om maar met de deur in huis te vallen: van harte gefeliciteerd met de 80ste verjaardag van Paul McCartney vandaag, lieve lezers! Het is een heuglijke dag. Niet alleen omdat Paul in goede gezondheid zijn negende (!) decennium aanbreekt, maar ook omdat wij daar getuigen van mogen zijn. Omdat wij leven in het McCartney-tijdperk. Het is niet zomaar iets. Besef dat goed: er wordt straks door komende generaties met afgunst naar ons gekeken. Hoeveel mensen hadden niet op een krukje in een hoek van een galerij aan de Amsterdamse Breestraat willen zitten, om toe te kijken hoe Rembrandt van Rijn zijn Nachtwacht schilderde? Of naast Johann Sebastian Bach, terwijl hij de eerste noten van de Matthäus Passion noteerde?


Nu zaten wij de afgelopen decennia meestal niet bij Paul McCartney aan de piano, als hij zijn zoveelste meesterwerk bedacht (helaas niet) maar waren we er het grootste deel van ons leven wel getuigen van hoe zijn uitzonderlijke carrière zich ontwikkelde. In de eeuw waarin de schrijvende pers, radio, televisie en social media in sneltreinvaart oprukten, was Paul McCartney nooit ver weg. En dus hielden we altijd een oogje in het zeil, vanaf het moment dat we als een blok gevallen waren voor de man en zijn muziek. En haalden we de gemiste jaren in door alles te lezen, luisteren en kijken waar we onze hand op konden leggen. Dat is aardig wat bij iemand als Paul McCartney.

En dus is Paul McCartney voor veel mensen gevoelsmatig familie geworden. Een avontuurlijke neef of een favoriete oom. Het is maar net hoe je hem wilt zien. In ieder geval iemand die er altijd bij is. Die precies het liedje aanreikt dat je nodig hebt. Als je op een zonnige zondagmiddag langs de velden fietst, maar ook als de ruitenwissers op een herfstige dinsdag bij het vallen van de avond de regen nauwelijks bij kunnen houden en je naar huis verlangt. Bij de blijdschap van nieuw leven, bij het afscheid van een vader. In het achteloos neuriën of fluiten van dat ene deuntje dat de hele dag in je hoofd blijft hangen.

We zagen, al was dat soms in retrospect, Paul de afgelopen decennia uitgroeien van een ambitieuze rock 'n' roller tot het grootste idool van de jaren zestig. Van een familieman tot een stadionrocker, van iemand die zijn belangrijkste muzikale partner (John) en zijn grote liefde (Linda) verloor tot de man die altijd weer een glimlach om zijn lippen toverde en dapper zijn duim naar een eindeloze stroom fotografen opstak. Van een eenvoudige Liverpoolse jongen, tot een grootstedelijke bohémien. Van een Schotse schapenboer tot een beminnelijke grootvader. Iemand die zijn haren niet meer verft, werkelijk niets meer te bewijzen heeft en volop geniet van de jaren die hem nog gegeven zijn. Het liefst in overvolle stadions, waar hij drie avonden achter elkaar hits zou kunnen spelen. Zonder ook maar één dubbeling in zijn setlist. En altijd met die guitige glimlach, die twinkeling in zijn ogen.

Paul McCartney is een uitzonderlijk mens. Voor ons precies de goede man, op het goede tijdstip. Iemand die ons nu al meer mooie melodieën heeft gegeven dan we ooit hadden kunnen dromen. Net als Rembrandt, die zijn achternaam niet meer nodig heeft. Net als Bach die het zonder zijn voornaam kan doen: zo gaat hij straks de geschiedenisboeken in als McCartney. De Grote McCartney uit Liverpool, die zijn muzikale stempel drukte op de tweede helft van de twintigste eeuw, en bovendien op de eerste helft van de enentwingste. En daar zijn wij getuigen van. Laten we er zo lang mogelijk van blijven genieten. Dat doet hij zelf ook. Leve Paul McCartney!

Beluister de speciale McCartney 80-aflevering van Fab4Cast en hoor de vele mooie bijdragen van luisteraars, die vertellen over 'hun McCartney-moment'.

BeatlesTalk verschijnt in de maanden juli en augustus niet als digitale nieuwsbrief, maar wel met columns uit het archief (via Facebook en Twitter). In september is BeatlesTalk terug!

zaterdag 4 juni 2022

Came The Lightening: Olivia Harrison komt met exclusieve uitgave ter nagedachtenis aan George

Wanneer ik 'tien minuten gratis winkelen' zou winnen, dan zou ik ze besteden in de webwinkel van Genesis Publications. De website van deze uitgever van exclusieve, bibliofiele uitgaven op het gebied van kunst en muziek, maakt me hebberig. Vooral vanwege de prachtige Beatlesuitgaven die er te vinden zijn (Living In The Material World, met recht). Al keek ik laatst ook likkebaardend naar het boek Cat Stevens: Back, Beyond 1971 over de periode waarin de singer-songwriter zijn drie muzikale meesterwerken uitbracht. Maar dit is een Beatlesblog, mensen. Dus attendeer ik jullie op iets Beatlesachtigs moois dat deze maand bij Genesis Publications verschijnt. Olivia Harrison publiceert Came The Lightening: 20 poems for George.

Olivia als auteur
Twintig gedichten, ruim twintig jaar na het overlijden van haar man. Olivia reflecteert met deze poëziebundel op haar leven met George, zo lees ik in de aankondiging. Mooi en interessant om dat twee decennia na zo'n verdrietig afscheid te doen, denk ik. Verdriet verdwijnt nooit, wanneer je een dierbare verliest, maar het verandert wel. En dus besloot Olivia Harrison haar gevoelens te verwoorden en met de wereld te delen. Al eerder was ze intensief betrokken bij het lijvige coffee table book 'Living In The Material World' dat in 2011, tien jaar na het overlijden van George, met de gelijknamige Martin Scorcese-documentaire verscheen. Net als bij de heruitgave van I Me Mine en het boek bij de jubileumbox van het album All Things Must Pass. Voor die laatste titel mocht ze onlangs een Grammy Award in ontvangst nemen. Ik vind het mooi dat Olivia zich steeds duidelijker als auteur en redacteur manifesteert. 



Twee edities
Came The Lightening verschijnt bij Genesis in twee edities: de Collector-editie (1000 genummerde en gesigneerde exemplaren, 125 pond/100 pond op voorinschrijving) en de Deluxe-editie (500 genummer en gesigneerde exemplaren, 315 pond/285 pond op voorinschrijving). Bij deze laatste uitgaven horen vier losse prints, een hartvormig symbool en een eikenhouten boekenlegger van het hout uit de tuin van Friar Park. Het klinkt toch allemaal weer zeer smaakvol, moet ik zeggen. 

Een overzicht van de Deluxe-editie van 
Came The Lightening


Martin, Klaus en Mary
Als we naar de preview van de inhoud van het boek kijken, valt op dat opnieuw Martin Scorcese bij de uitgave betrokken is. Hij verzorgde het voorwoord. Dan volgen twintig gedichten, afgewisseld door illustraties en foto's, waarin de natuur sterk vertegenwoordigd is. Het boek bevat onder andere foto's van Henry Grossman, Sue Flood en Mary McCartney. Heel fijn: ook good old Klaus Voormann kreeg met een illustratie een plek in het boek. De twintig gedichten zijn genummerd met Romeinse cijfers, zo laat de getoonde inhoudsopgave zien:



 

Beschikbaar vanaf september
Came The Lightening zal ongetwijfeld wereldwijd zijn weg vinden naar vele Beatles- en George Harrison-liefhebbers. De bundel is vanaf juni te bestellen en komt in september beschikbaar. Wat ik zo mooi vind aan de Harrisons: het is vaak lange tijd stil, maar áls ze met iets komen, is het smaakvol tot achter de komma.