zaterdag 13 juli 2019

'Het aambeeld voor Maxwell's Silver Hammer vonden we in Lisse': The Analogues in Abbey Road

'Something in the way she moves...' Wanneer ik Diederik Nomden van The Analogues de eerste regel van het nummer hoor zingen, prikken de tranen in mijn ogen. Ik kan ze niet wegslikken en voel ze al snel over mijn wangen stromen. Laat het maar gewoon gebeuren, denk ik, terwijl ik in de Londense Abbey Road Studio's aanwezig ben bij één van de drie sessies waarmee de band haar eigen Abbey Road-album opneemt. We zijn op de plek waar The Beatles hun laatste, legendarisch geworden langspeler, 50 jaar geleden maakten. One and one and one is three: als plaats, tijd en muziek bij elkaar komen en werkelijk alles klopt, dan houd je het als toeschouwer niet droog.


Foto: Daniel Burdett

Mark Lewisohn met oranje stropdas
Terwijl toeristen buiten op de zebra onophoudelijk foto's van elkaar maken, zijn we met een gezelschap van 200 toehoorders (inclusief pers) aanwezig in Studio One om getuigen te zijn van een integrale live-uitvoering van het album Abbey Road. 's Werelds meest gerenommeerde Beatleshistoricus Mark Lewisohn is er ook. Gekleed in een pantalon en een wit overhemd met oranje stropdas, dat laatste ongetwijfeld als hoffelijke groet naar het voornamelijk Nederlandse publiek, zet hij met zijn inleiding onze zintuigen open: 'Dáár,' zegt hij wijzend, 'zaten The Beatles tijdens de wereldwijde satellietuitzending om All You Need Is Love te zingen. En hier, rechts van waar ik sta, dirigeerde George Martin de laatste orkestpartijen voor Something.' Het doet me even naar lucht happen. Ik ben er helemaal, op de plek waar het destijds allemaal gebeurde.


Mark Lewisohn

The Analogues spelen zich als een hecht voetbalteam door het album heen
Wanneer The Analogues het podium betreden, staan hun gezichten gespannen. Na de inzet van openingsnummer Come Together moet het dan ook gebeuren. In opperste concentratie, waarbij vooral bij multi-instrumentalist en vocalist Diederik Nomden nog het vaakst een glimlach te bespeuren is, spelen The Analogues zich als een hecht voetbalteam door het ingenieus samengestelde album heen. Wat The Beatles destijds in vele takes, overdubs en montages muzikaal voor elkaar kregen, willen The Analogues in één vloeiende beweging live reproduceren. Het lukt ze nagenoeg en het is een streven dat diep respect verdient. Net als de beslissing om daarbij een paar honderd mensen uit te nodigen, op de plek waarvan menigeen alleen in zijn dromen een voet over de drempel zette.

Diederik Nomden (foto: Daniel Burdett)

Een aambeeld uit Lisse
Na het beladen Something is er even lucht. In Maxwell's Silver Hammer is de hoofdrol weggelegd voor hamer en aambeeld. 'Dat aambeeld heeft Bart van Poppel in Lisse gevonden,' vertelt zanger/gitarist Felix Maginn me na afloop. In zijn niet aflatende wereldwijde speurtocht naar precies de juiste vintage instrumenten en objecten, bleek dat aambeeld voor Van Poppel verrassend dichtbij. Maginn: 'Ik weet nog dat Bart telefonisch meeluisterde toen iemand voor hem op verschillende aambeelden sloeg.' Toen de juiste klank er bij leek te zitten, sprong Van Poppel in de auto. Er kon weer iets van het lijstje afgevinkt worden.


De grote en de kleine Moog
De grote Moog, die niet alleen in Maxwell's Silver Hammer maar ook op andere nummers van Abbey Road prominent te horen is, was in 1969 een noviteit. George Harrison nam het instrument mee uit Amerika en liet het in de Londense studio installeren. Vandaag staat er een Mini-Moog, overigens met dezelfde klanken geprogrammeerd. Het is de enige concessie die The Analogues moeten doen tijdens hun avontuur. De grote Moog is wel degelijk in bezit en gaat straks ook mee de Nederlandse theaters in. Beide Moogs moeten gezamenlijk ingezet worden om alle geluiden te kunnen reproduceren. Dat is het plan, begrijp ik van Diederik Nomden. Waar The Beatles destijds in de studio het gevaarte konden herprogrammeren, is daar live geen tijd en gelegenheid voor, dus worden twee authentieke versies van het instrument ingezet. Je moet wat.

George en Paul bij de originele grote Moog.
In hun midden staat assistent-technicus John Kurlander.

Wat The Beatles bedachten, moeten The Analogues live reproduceren
Bij Oh! Darling en I Want You betreden Merijn Haren en Jan van der Mey het podium om met hun  unieke stemprofielen die specifieke nummers vocaal in te kleuren. Het is fijn te zien dat Van der Mey, ondanks zijn gehoorproblemen, bij het project betrokken kan blijven. Wanneer The Analogues haast naadloos de naald van de plaat halen en het album omdraaien, gaan de jasjes op het podium uit. De concentratie mag niet verslappen, want de zogenaamde B-zijde van het album bevat nog de nodige uitdagingen. De samenzang in Because is er daar één van, gevolgd door de medley die een belangrijk deel van het album bestrijkt. 'De nummers in die grote medley op Kant B zijn echt lastig om tussen te schakelen. Je hebt de instrumentwisselingen en je moet steeds in het goede tempo, dat continu wijzigt, glijden. Bovendien dubbelden The Beatles in die tijd hun stemmen en instrumenten volop. Dat geluid moeten wij live reproduceren,' legt Felix Maginn me uit.

Felix Maginn, temidden van Diederik Nomden
en Bart van Poppel (foto: Daniel Burdett)

'We hebben een missie te volbrengen'
Wanneer we de finale bereiken, die bestaat uit het drieluik Golden Slumbers - Carry That Weight - The End, is de 9-koppige strijkers- en blazerssectie volop aan zet. De instrumentalisten staan daarbij op de plek waar hun vakgenoten 50 jaar geleden door Beatlesarrangeur en -producer George Martin door de prachtige arrangementen geleid werden. Het is opnieuw een moment waarvan het kippenvel me op de armen staat en de tranen zich weer aandienen. Achteraf vraag ik Felix hoe hij zijn emoties onder controle kan houden tijdens dit soort momenten. 'Het moet wel,' zegt hij. 'We hebben een missie te volbrengen en moeten ons daar op blijven focussen. Maar toch....onlangs stonden we in Duitsland in een enorme concertzaal te spelen. Ik keek het publiek in en zag wat daar gebeurde. Op zo'n moment krijg ik het ook wel bijna te kwaad hoor.' 



Dieper het heiligdom in
Na een staande ovatie die overgaat in het korte Her Majesty, mag het publiek zich voor een toegift naar Studio Two begeven, steeds dieper het heiligdom in. Via de dubbele deuren op de begane grond, lopen we naar binnen. Het is ineens heel erg stil. Je kunt het ontzag en de emoties bijna vastpakken. Het is even 'ieder voor zich' hier. De Analogues-fans staan vooraan bij het podium waar nog You Can't Do That, Norwegian Wood en Taxman gespeeld worden. Zelf kies ik er voor om achteraan te blijven staan. Ik krijg een warme groet van Mark Lewisohn en strijk met mijn hand over de historische Mrs. Mills-piano die haast vergeten in een hoek staat. Het is het instrument waarop door The Beatles onder andere Rocky Raccoon en het intro van With A Little Help From My Friends zou zijn gespeeld. Mijn blik glijdt omhoog, langs de grote trap naar het raam van de control room. 'Kom maar even naar boven jongens, om te horen hoe het klinkt,' hoor ik George Martin zeggen. In gedachten dank ik The Analogues dat ze me even in een tijdcapsule stopten. Daarmee maakten ze niet alleen hun eigen muzikale cirkel rond, maar de mijne erbij.


+++
Dit verslag werd exclusief geschreven voor Fab4Cast.

11 opmerkingen:

  1. Wat fantastisch weer beschreven Anne! (zoals altijd).

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Reacties
    1. Dank je wel, Marion. Jij weet wat dit voor me betekende!

      Verwijderen
  3. Poeh. Mooi geschreven. Ben ik er toch een beetje bij geweest!

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Beste lezer, dank je wel voor je reactie. Voor mij is het een cadeau als je schrijft dat je er door mijn blog een beetje bij bent geweest. Daar doe ik het voor!

      Verwijderen
  4. Prachtig geschreven. Heb dezelfde ervaring, nogmaals schitterend !

    BeantwoordenVerwijderen